Risico’s op bouwplaats vaak onderschat. Kan het nog veiliger?

bouwcomplex
 ‘Bouwvakker overleden na val van zeven meter op bouwplaats Zuidoost’. Deze krantenkop van begin dit jaar toont aan, hoe tragisch ook, dat veiligheid nog altijd de grootste aandacht vraagt. Ondanks richtlijnen en een veelvoud aan veiligheidsmiddelen. Waar loert het gevaar en hoe kunnen we het voor zijn?
De bouwnijverheid staat al jarenlang in de top 5 van risicosectoren; er vinden relatief en absoluut veel ongevallen plaats. Gemiddeld zijn er 148 slachtoffers per 100 duizend banen van werknemers. Dit is fors meer dan het gemiddelde van 28 slachtoffers per 100 duizend banen van werknemers over alle sectoren. In 2017 waren er twintig doden in de bouw te betreuren. In 2016 waren dat er 16 en in 2015 9. “Het grootste aandachtspunt is bewustwording,” aldus Jaap Estié namens de Nederlandse Vereniging Aannemers Funderingswerken (NVFA). “Daarnaast is de cultuur, elkaar durven aanspreken op gedrag, ook debet aan onveilig werken. Mensen op de bouwplaats zijn veelal erg betrokken en willen het werk goed doen. ‘Geld verdienen voor de baas’. Dan neem je minder gauw voor een kleinigheidje allerlei veiligheidsmaatregelen in acht. Hun eigen risico en daarmee ook die van hun baas zien ze over het hoofd. Vergeet niet dat een ongeluk een grote impact kan hebben op de bouwplaats. Naast persoonlijk leed, ligt het werk stil. De inspectie SZW komt langs en dat kan grote gevolgen hebben voor de voortgang van de bouw. Veiligheid betekent ook langer en duurzaam werken.”
Klein en groot valgevaar Een voorbeeld van zo’n ‘kleinigheidje’ is werken op een hoogte minder dan 2,5 meter. Volgens de Inspectie SZW is dit met name een zwaar onderschat probleem. “Ook komen onze inspecteurs vaak ongevallen tegen waarbij werknemers hun vingers of handen verliezen. Het vergroten van de veiligheid is primair een verantwoordelijkheid van de werkgever/ opdrachtgever. Gezien het aantal ernstige arbeidsongevallen in de bouw zijn wij van mening dat er meer aandacht moet komen voor een cultuur van veilig en gezond werken in de hele keten. Denk aan kennis over hoe ongevallen voorkomen kunnen worden of het wijzen op risico’s op bouwplaatsen doordat er veel gewerkt wordt met onderaannemers en zzp’ers en coördinatie op het gebied van veiligheid te wensen over laat. Daarbij zetten wij dan ook sterk in op het benadrukken van het belang van verantwoord opdrachtgeverschap in de bouw.”

Praktische tips De NVAF is één van de partijen waarmee de Inspectie SZW samenwerkt. Omdat valgevaar één van de grootste veiligheidsrisico’s is, heeft de NVAF de richtlijn ‘Voorkomen van valgevaar’ uitgebracht. Enerzijds biedt het praktische instructies als ‘Niet werken op trapjes, opstapjes en reling in werkbak’ en ‘Gebruik de ladder/trap alleen voor kortstondige werkzaamheden waarbij niet zijwaarts gereikt hoeft te worden’, anderzijds organiseert het de formele kant doordat het is opgenomen in de ARBO-wetgeving. “Het begrip valgevaar is breed. Hieronder verstaan wij onder meer vallen van beperkte hoogte, struikelen en uitglijden. Met de richtlijnen willen we meer inzicht geven in de verschillende mogelijkheden om valgevaar tot een minimum te beperken dan wel te voorkomen door inzicht te geven in een veilige manier van werken.”
Hoe vertaling naar de werkvloer? Dat deze richtlijn er is, is heel mooi. Vraag is echter: Hoe zorg je ook dat het op de werkvloer doordringt en niet alleen bij een papieren instructie blijft?’ “Opleiding en training is een belangrijk onderdeel. Afgelopen jaar hebben wij vanuit de branche een introductietraining Veiligheid gegeven over de belangrijkste risico’s rond een funderingsplek. Ook wordt de richtlijn geïmplementeerd in andere opleidingen. In november vorig jaar hebben we daarnaast het Vakboek Veilig Funderen uitgebracht met praktische instructies. Dit vakboek wordt door opleiders en bedrijven gebruikt bij hun instructies. Daarnaast brengen we diverse publicaties uit in magazines, via bedrijven en via de media.”
Leren van fouten Naast het uitbrengen van richtlijnen, houdt de NVAF zich bezig met incidentenmeldingen en – rapportage. “Diverse werkgroepen zijn hierin actief en alle relevante partijen zijn erbij betrokken. Als we echt iets signaleren, nemen we dat mee in de richtlijnen en koppelen we het terug naar onze leden en bijvoorbeeld naar fabrikanten als het gaat om technische mankementen.”
Zorgen De NVAF maakt zich niet alleen zorgen over de veiligheid op de bouwplaats. Een zorg van een andere orde is dat arbeidsongevallen steeds vaker strafrechtelijk beoordeeld worden. “Er wordt veelal direct een onderzoek ingesteld. Men wordt daardoor huiverig om kennis te delen omdat men bang is voor juridische implicaties. Dat is een ongezonde ontwikkeling. Aan de ene kant is onderzoek goed, aan de andere kant moeten we waken voor dergelijke juridische gevolgen.”
De inspectie van SZW komt met name de volgende ongelukken tegen: - Onjuist gebruik van valbescherming - Blootstelling aan gevaarlijke stoffen zoals kwarts en asbest - Fysieke belasting door handmatig werk met veel repeterende bewegingen zoals stuken, steigers bouwen of staal vlechten. - Elektrocutie. - Werknemers die geraakt worden door machines zoals hijskranen, aangereden worden door werkverkeer of door langs het werk rijdend verkeer. - Werknemers die klem komen te zitten door bijvoorbeeld het omvallen van een wandbekisting.
Product in combinatie met praktische training “Een goede voorbereiding waarin duidelijk wordt wat de werkzaamheden zijn en welke locaties bereikbaar moeten zijn, zorgt ervoor dat we het juiste klimmaterieel kunnen inzetten,” legt Sepp Vedral, productmanager, uit. “Het is belangrijk dat de gebruiker het product kent waar hij mee werkt. Een duidelijke handleiding is één, maar een praktische training is vaak veel effectiever. Dit is ook de reden dat we de SYAM, een tijdelijk ankerpunt voor persoonlijke valbeveiliging, uitsluitend aanbieden in combinatie met een gebruikerstraining. Dit geldt ook voor de nieuwe Secure rolsteigers. Deze bouw je duidelijk anders op dan een traditionele rolsteiger. Een goede instructie helpt de weerstand bij een verandering weg te nemen.”